Oude hoeve tegen de grond

Op 10 september 2014, over deze onderwerpen: Ruimtelijke ordening en leefmilieu, Leefmilieu

De witte hoeve, op de hoek van de Antwerpsesteenweg en de Ganzenkuil, was geen beschermd monument maar stond wel op de Vioelijst van waardevol onroerend erfgoed.

"Uit grondig onderzoek bleek dat de boerderij in een belabberde toestand verkeerde. Bij het oppakken van een steen brak die bij wijze van spreken direct in twee. Daarom opteerden we samen met aannemer Ageres voor een volledige afbraak, gevolgd door een heropbouw volgens het origineel concept. Er zijn grote foto's en detailfoto's gemaakt, zodat arbeiders het
kunnen heropbouwen", vertelt Sam Vermeire. "De hoeve wordt nadien geïntegreerd in onze artsenpraktijk."

Het feit dat het meer dan driehonderd jaar oude boerenhuis in één dag met de grond werd gelijkgemaakt, deed sommige Mallenaars schrikken.

Koen Govaerts van aannemer Ageres, die bekend staat voor bouwen met respect voor bestaande structuren, zegt dat ze over alle nodige vergunningen beschikken. "Alles is gebeurd na overleg en in samenspraak met het gemeentebestuur van Malle", vervolgt Govaerts.

Schepen van Ruimtelijke Ordening Paul Van Ham (N-VA) bevestigt dat: "Alleen het
regularisatiedossier, dat principieel is goedgekeurd, moet nog de administratieve molen doorstaan."

Bij Ageres wijst Govaerts erop dat het hoevetje geen funderingen had.

"Als aannemer ben ik verplicht gebouwen af te leveren die qua veiligheid en stabiliteit tiptop zijn. Het uitzicht van vroeger keert na de heropbouw terug, maar het interieur wordt aangepast aan de nieuwe functie van artsenpraktijk."

In het verlengde van de hoeve wordt intussen voortgewerkt aan een nieuwbouw, bestemd voor een praktijk voor vier huisartsen, een sportarts, een tandarts, een podoloog, een diëtist, een kinesist en verpleegkundigen. Boven bouwt Ageres zes appartementen.

 

Haringen bakken

De hoeve werd vereeuwigd door tal van kunstschilders. Een buurman herinnert zich hoe de twee vrijgezellen, de broers Jef en Rik Backx, jarenlang het hoevetje bewoonden.

De tijd was er blijven stilstaan, met een grote boerenschouw, opkamer en een gat waarmee je rechtstreeks van de living in de stal kon kijken.

Later leefde er nog een vrijgezel, die haringen bakte aan de waterput en niet met de auto maar nog met het paard reed.

Voor Theresa Claessens, die de ouderlijke hoeve na de dood van haar man verkocht, is de sloop schrikken.

"De muren waren inderdaad nat", zegt ze. "Mijn vader en grootvader waren bodes op Antwerpen. Met paard en kar vervoerden ze eieren en hout naar de stad en brachten ze miswijn en hosties mee. Ik heb me altijd afgevraagd waarom die deuren zo breed waren."

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is